Het nieuwe kabinet heeft de ambitie om jaarlijks 100.000 nieuwe woningen te bouwen. Een groot deel wordt gebouwd in en rond de Metropoolregio Amsterdam (MRA). Ook groeit het aantal arbeidsplaatsen flink. Als we ons mobiliteitsgedrag niet aanpassen en de vervoersvraag blijven faciliteren, dan loopt het mobiliteitssysteem al in 2030 vast. Hierdoor gaat de leefkwaliteit, bereikbaarheid en (internationale) concurrentiepositie van de MRA sterk achteruit. Dat blijkt uit het onderzoek Multimodaal Toekomstbeeld 2040 (MTB 2040) van het programma Samen Bouwen aan Bereikbaarheid (SBaB). We moeten daarom anders omgaan met de groeiende vraag naar mobiliteit in relatie tot de verstedelijking en de leefkwaliteit in steden en dorpen.

Niets doen is geen optie: we staan voor heel grote opgaven

In 2030 is een groot deel van de 250.000 nieuwe woningen en 230.000 arbeidsplaatsen, die er tot 2040 bijkomen, gerealiseerd. Als we ons beleid én ons mobiliteitssysteem hier niet op aanpassen, zorgt dit voor files tot in de stad, overvol openbaar vervoer, volle fietspaden en allerlei logistieke problemen. Zélfs na de realisatie van al geplande grote projecten die de capaciteit vergroten, zoals Zuidasdok en Schiphol-Amsterdam-Almere. 

Ook zal niet iedereen goede toegang hebben tot goede en betaalbare mobiliteit en zo minder mogelijkheden hebben om zich te verplaatsen. We noemen dit vervoersongelijkheid. En niet alleen de leefkwaliteit en bereikbaarheid gaan er sterk op achteruit: ook het klimaatdoel voor CO2-vermindering wordt bij lange na niet gehaald. Kortom, we staan voor heel grote opgaven, die we alleen door samen te werken en door scherpe en creatieve keuzes te maken kunnen vervullen.  

Nú samen actie ondernemen 

Om onze ambities in de MRA waar te maken, moeten we nú actie ondernemen. Met een mix van slim investeren, slimme beleidskeuzes en slim verstedelijken kunnen we de opgaven grotendeels aan. Het is zeker niet alleen een kwestie van het uitbreiden van capaciteit van weg en openbaar vervoer. Sterker nog: het uitbreiden van die capaciteit verschuift juist vaak het probleem. Of het is in sommige situaties niet wenselijk, omdat dit ten koste gaat van openbare ruimte voor spelen, verblijven en groen. 

Wat betekent dit?

Ten opzichte van de verwachte mobiliteitsgroei tot 2040 is een afname van minimaal 20% van die groei nodig. Dat betekent minder en anders reizen, omdat we bewustere keuzes gaan maken, bijvoorbeeld door meer thuis te werken waar het kan. En door te reizen op andere momenten en met andere of verschillende vervoersmiddelen en modaliteiten koppelen op hubs (regionaal en lokaal). Ook kunnen we meer (e-)fietsen, wandelen of gebruikmaken van deelmobiliteit zoals deelfietsen of -auto’s. Deze zogeheten ‘mobiliteitstransitie’ is in de stedelijke gebieden al ingezet en is tijdens de coronacrisis versterkt. De maatregelen om deze gedragsverandering vast te houden wordt nu vastgelegd in de Uitvoeringsagenda (een van de programmalijnen binnen SBaB). De keuzes die we moeten maken zijn niet altijd gemakkelijk omdat elke gedragsverandering lastig is, maar bieden tegelijkertijd ook kansen op meer (keuze)vrijheid.

Tot slot moeten we de ontwikkeling en keuze voor nieuwe woon-werklocaties nog meer afstemmen op nabijheid en bereikbaarheid per openbaar vervoer en (e-)fiets. Om de MRA voor personen en goederen bereikbaar te houden blijven bovendien infrastructurele ingrepen voor (e-)fiets, OV en weg nodig. 

Maatwerk per gebied

De concrete uitwerking van deze mobiliteitstransitie in combinatie met de benodigde investeringen, zal per gebied verschillen en vraagt dus nadrukkelijk om maatwerk. Rijk en regio moeten scherpe keuzes maken, onder meer met de Verstedelijkingsstrategie MRA. En we zullen creatief moeten zijn. In 2022 wordt het MTB op een aantal thema’s verder verdiept en verrijkt. Het uitwerken van keuzes op maat in de zes deelregio’s van de MRA staat op de agenda voor 2023.

Lees hier de korte versie van de opgaven en urgentie van het Multimodaal Toekomstbeeld.