Jeroen Olthof is sinds dit voorjaar gedeputeerde van de provincie Noord-Holland en wel met een stevige portefeuille: Mobiliteit en Bereikbaarheid, Leefbaarheid, Gezondheid en Milieu, en Luchtvaart en Schiphol. Jeroen maakt deel uit van de programmaraad van Samen Bouwen aan Bereikbaarheid. Deze raad is verantwoordelijk voor de bestuurlijke sturing van het programma. Jeroen: “De samenwerking op mobiliteit binnen de metropoolregio Amsterdam is natuurlijk al lang gaande en dat is een goede zaak. Daarnaast wil ik de verbinding van de MRA met de rest van Noord-Holland versterken.”

Hoe kijk je naar de resultaten van het programma?

“Ik zie dat er keihard wordt gewerkt én met concrete resultaten. De komende periode moet een belangrijke beslissing worden genomen over het doortrekken van de Noord/Zuidlijn naar Schiphol en Hoofddorp. Ik hou zelf ook van doorpakken, dus kijk ernaar uit om nieuwe, betekenisvolle stappen te zetten om deze regio nog beter bereikbaar te maken.”

“Een ander goed resultaat vind ik de onlangs gemaakte afspraken met werkgevers in de regio. Door de coronamaatregelen zien we dat de bereikbaarheid en luchtkwaliteit flink is verbeterd. Daarom blijft het spreiden van werktijden, werkdagen en vervoersmiddelen van belang. Via de regionale bereikbaarheidsplatformen, zoals IJmond Bereikbaar, Groot Schiphol Bereikbaar en Zuidoost Bereikbaar, en het werkgeversloket Breikers helpen we werkgevers daarbij. En als werkgever doet de provincie zelf natuurlijk ook mee. En voor wie toch echt naar zijn werk moet, zorgen we er natuurlijk ook voor dat het openbaar vervoer coronaveilig gebruikt kan worden.”

Welke rol zie je voor jezelf in de programmaraad? 

“Ik zie voor mezelf vooral een verbindende rol. Mijn doel is om Rijk en regio met elkaar tot een goed resultaat te laten komen. Ik ben nu twee keer aangeschoven bij de programmaraad. Het valt me op dat deze bijeenkomsten goed worden voorbereid en strak geregisseerd. Iedereen heeft duidelijk een gedeeld belang, zodat we in goed overleg tot constructieve besluiten komen. Daarbij wil ik de verbinding met en de betrokkenheid van de andere Noord-Hollandse regio’s versterken.”

Hoe zie je de relatie tussen het Regionaal Mobiliteitsprogramma (RMP) en Samen Bouwen aan Bereikbaarheid?

“Als onderdeel van het Klimaatakkoord wordt in 2020 voor alle regio's in Nederland een regionaal mobiliteitsprogramma (RMP) uitgewerkt. Dat pakken we voor het hele gebied van de provincies Noord-Holland en Flevoland als onderdeel van de Uitvoeringsagenda SBaB op. Daarbij vormen de provincies Noord-Holland en Flevoland samen één regio, waar de Metropoolregio Amsterdam deel van uitmaakt. Het eerste RMP bestaat uit een inventarisatie van de lopende projecten in beide provincies en de CO2-winst die daarmee wordt gerealiseerd. Daarnaast zijn er nieuwe projecten nodig om de klimaatdoelen te halen. Een aantal van die nieuwe projecten die Rijk en regio raken, wordt onderdeel van de Uitvoeringsagenda van SBaB en andersom, een aantal maatregelen uit de Uitvoeringsagenda wordt opgenomen in het RMP. Andere projecten worden opgepakt door de provincies en de gemeenten.”

Wat zijn de aandachtspunten van het RMP?

“De regionale vertaling van het onderdeel mobiliteit van het landelijke klimaatakkoord wordt in de regio’s gemaakt, maar de support van het Rijk blijft belangrijk. We moeten met zijn allen de schouders eronder blijven zetten om er een succes van te maken, om de doelen voor 2030 en 2050 ook echt te halen! Niet alleen voor de MRA, maar voor heel Noord-Holland en Flevoland en voor heel Nederland. ”

Wat zijn de komende periode je prioriteiten? 

“De besluitvorming rond de Noord/Zuidlijn volg ik natuurlijk nauwgezet. Daarnaast zal ik me inzetten om nog sterker de verbinding met gebieden buiten de MRA te maken. Het daily urban systeem houdt niet op bij de grenzen van de MRA. De verbinding van mensen die werken in de MRA en erbuiten wonen vraagt extra aandacht. De spoorlijn richting Hoorn bijvoorbeeld, als onderdeel van de corridor Amsterdam-Hoorn.”

“Ik zie veel energie in dit programma en het is zaak dat we dat vasthouden. Een schaalsprong in onze bereikbaarheid heeft nu prioriteit, net als een duurzame en gezonde leefomgeving, zodat we prettig kunnen blijven wonen en werken in onze mooie regio.”